scherpe foto zonder statief

Bij gebruik van een statief heb je meer zekerheid van een scherpe foto. Maar een statief heb niet altijd bij de hand of leent de omgeving zich er niet toe een statief te gebruiken. Dus: hoe verkrijg je een scherpe afbeelding zonder statief?

Dat zijn zo een beetje de vragen die iemand zich stelt bij het beoordelen van de scherpte van je foto.

Waar let je nu op bij het fotograferen uit de hand?

-1- Sluitertijd en brandpuntsafstand

Een algemene regel is dat de sluitertijd niet langer is de 1/xxx sec van de brandpuntsafstand. Dus bij een brandpuntsafstand van 300 mm blijft je sluitertijd onder de 1/300 sec. Dat geldt voor een full frame. Gebruik je een camera met kropfactor dan wordt bij een Nikon bij 300 mm de sluitertijd 300 x 1.5 dus 1/450 sec. Heeft je camera of objectief stabilisatie dan heb je nog een zekere speling van 1 à 2 stops. Maar probeer je bij voorkeur te houden aan de algemene regel.

-2- Een goede houding

Zorg ervoor dat, welke houding je ook aanneemt, deze altijd stabiel en comfortabel is. Dat voorkomt bewegingsonscherpte. Pak je camera stevig en met beide handen vast. Houd je ellebogen tegen je lichaam aan of leun ergens tegen aan. Verplaats, wanneer dat mogelijk is, je zwaartepunt lager bij de grond door bijvoorbeeld op één knie op de grond te plaatsen. Deze laatste houding verschaft je bovendien de mogelijkheid je andere knie als een soort statief te gebruiken door daar een elleboog op te plaatsten.

-3- Voldoende licht

Vooral bij het gebruik van de autofocus is genoeg licht onmisbaar. Is er te weinig licht dan heeft de autofocus moeite om scherp te stellen. Maak dus gebruik van lichtsterke objectieven waardoor de autofocus licht- en / of contrastarme situatie beter aankan. Een nadeel van een groot diafragma (f/1.2 tot f/1.8) is de soms kleine scherptediepte wat de autofocus op het verkeerde been kan gezet worden.

-4- Welk diafragma

Elk objectief heeft een zogenaamde 'sweet spot'. Dat is het diafragma waarbij dit bepaald objectief de beste scherpte aflevert. Dat sweet spot is nooit de grootste of de kleinste lensopening. Vaak licht dat ongeveer in het midden, bij veel objectieven tussen f/8 en f/11. Houd daar, en natuurlijk afhankelijk van het verhaal dat je met je beeld wilt vertellen, zo veel als mogelijk rekening mee.

-5- Bewegende beelden

welke ISO-waarde je kan gaan. Kies altijd voor een ISO-waarde die bij je apparatuur de juiste balans biedt tussen een korte sluitertijd en een aanvaardbare ruis.   Succes!

Vind je dit artikel waardevol of heb je vragen of andere ervaringen?  Je kan het mij laten weten door een reactie te plaatsen. Je email-adres is verplicht, maar het wordt niet getoond op de website.

plaats een reactie